Na precies veertig jaar heeft Wildhandel Vermeersch, met roots in Brugge en kantoren in Torhout, afgelopen weekend de boeken neergelegd. Het bedrijf gaat in vereffening. De broers Kristof en Didier Vermeersch stoppen met pijn in het hart. “Door de aanhoudende concurrentie uit het buitenland en problemen om voldoende seizoenspersoneel te vinden, stoppen we beter nu”, zeggen ze.
Wildhandel Vermeersch startte in 1971, onder leiding van Fernand en Nicole Vermeersch vanuit een beenhouwerij in Sint-Michiels. Twee jaar later stapte Fernand over van beenhouwerij naar wildhandel. Van kleine speler – het is allemaal begonnen met het verkopen van één reebokje – werd Wildhandel Vermeersch de grootste in de regio. “Het was nooit onze ambitie om de grootste te worden, maar wel de meest rendabele. Het heeft uiteindelijk toch niet mogen baten”, zegt Kristof Vermeersch, die samen met zijn broer Didier twintig jaar lang meewerkt in het bedrijf. In 1997 verhuisden ze naar industriepark De Blauwe Toren, waar het zich meer en meer richtte op de Europese markt. Met de overname van een aantal collega-bedrijven werd Vermeersch nog een stukje groter en verhuisde het bedrijf opnieuw: deze keer naar het industriepark van Torhout. Daar beschikken ze over een oppervlakte van 4.000 vierkante meter en een opslagcapaciteit van één miljoen kilogram. De vereffening is een harde noot om kraken, want een familiebedrijf na veertig jaar stopzetten, is geen pretje. “De beslissing is genomen met pijn in het hart. We moeten afscheid nemen van dertien vaste personeelsleden, van ons uitgebreide machinepark en van onze passie, waarin we opgegroeid zijn. Ook voor vader is dit hard. Wat we nu zullen doen? Tijd brengt raad. We zien wel”, besluiten de broers.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten